Home
Up
	Petite Histoire (19e E)
7 januari 1857
Awakenings
Schots Seminarie
Edouard Prisse
Th. A. Eggenstein
1900 - trieste notulen
1900 - welkomstwoord
W.A. van Griethuysen
A.G. Barkey Wolf
Overbeeke memoires

 Lotgevallen van een protestantse gemeente

(historische schets van de protestantse kerkgemeenschap, nu aan de Bexstraat n° 13 te Antwerpen)

 voor de lotgevallen van het kerkgebouw klik hier

1856: Het “Belgisch Evangelisch Genootschap” ontvangt in 1856 een grote gift van mr. James Lenox uit New York, die besteed moet worden aan ‘evangelisatiewerk in Vlaanderen’. De keuze van dit protestantse genootschap valt op Antwerpen. Op 11/12/1856 wordt A.G. Zigeler in Antwerpen aangesteld als ‘evangelist’. Er wordt begonnen met bijbelstudie aan huis bij een sympathiserende protestant (17/12). In het lokaal van de Duitse Jeugdvereniging aan de Falconrui (Schipperskwartier) mag hij eind december zijn eerste kerkdienst beleggen. Deze kennen een onverwacht groot succes: Eerste Kerstdag: 32, dan 44, 56, 60 (oudejaarsavond). De bijeenkomst op woensdagavond 7/1/1857 wordt echter verstoord door een georganiseerde volksoploop, die eindigt in vernieling van het meubilair. Dhr. Zigeler kon slechts onder politiebegeleiding ontkomen (zie apart verslag). In 1860 wordt een pand aan de nabije Kommekensstraat aangekocht en omgebouwd tot kapel. Als na het aanvankelijke succes, de groei stagneert en de kerngemeente vrij klein blijft, m.n. wat het aantal bekeerlingen van uit de roomskatholieke kerk betreft, keert ds. Zigeler in september 1864 terug naar Nederland (Amsterdam, alwaar hij een Vrije Evangelische Gemeente dienst om in 1872 naar Amerika te verhuizen). Ds. Th. A. Eggenstein (van Kortrijk) volgt hem op als predikant.

1866: In een crisisvergadering (de Amerikaanse sponsor wilde zijn geld ‘beter’ besteden, nadat hij vernomen had dat er niet veel bekeerlingen waren. De brief bevindt zich in het archief van de kerk) met het bestuur van het ‘Evangelische Genootschap’ te Brussel, weet Ds. Eggenstein aannemelijk te maken dat het geringe aantal kerkbezoekers niet automatisch een negatieve evaluatie tot gevolg moet hebben. Gesteund door baron Edouard Prisse van St. Niklaas (die in het centraal comité zetelde) bewijst hij de jaren daarna dat dat geen loze woorden waren. Hij werkt tot aan zijn overlijden (19/7/1899) in Antwerpen. Het bezoek aan de erediensten stijgt in zijn tijd tot ruim over de 100 personen. Vooral zijn preekstijl wordt erg gewaardeerd ook door rooms-katholieken uit de ‘gegoede burgerij’. Naast zijn gemeentewerk was deze predikant ook de bezielende kracht achter de ‘Vlaamsche Evangeliebode’ (protestantse periodiek sinds 1862) en mede-oprichter van de ‘Vlaamsche Opleidingsschool’ (1875). Over deze opmerkelijke predikant bezit de kerk een klein archief met vele handgeschreven preken, trimestriële en jaar-verslagen, en collegedictaten van Is. Da Costa uit zijn studietijd in Amsterdam (aan het zogeheten Schotse seminarie).

1893: Op 27/1/1892 wordt besloten een nieuwe kapel te gaan bouwen aan de Bexstraat n° 13. Baron Philippe Prisse en ds. Eggenstein waren de grote stimulatoren achter deze kerkbouw. [verhaal: de in 1882 geboren Joh. Overbeeke vertelt in 1959 over die tijd]. De verloedering van de buurt rond het Falconplein en de slechte staat van de kapel aldaar waren de aanleiding. Financiële steun vanuit Nederland en Duitsland was nodig en kwam ook. Vooral leden van de tweede Duitse gemeente van Antwerpen die op de belendende percelen hun ‘Christuskirche’ aan het bouwen waren, stortten ook royaal voor deze kleine Vlaamse kerk. Baron Prisse regelde de zakelijke kant. Een verslag van de inwijdingsdienst (29/10/1893) is te vinden in de “Le Chrétien Belge”, 1893, p 340, “Inauguration du temple flamand à Anvers” en in A. de Raaf, Bewaar het Pand, p 172vv. Ook in l’Escaut en le Précurseur staan welwillende verslagen. De architect was dhr. Jos. Hertogs, die ter zelfder tijd ook de ‘Christuskirche’ (Bexstraat 9-11, afgebroken 1978) had getekend en de definitieve versie van de synagoge ‘Shomre Hadass’ aan de Bouwmeesterstraat. Ds. Eggenstein leidt nog enkele jaren de gemeente, maar krijgt steeds meer last van een chronische nierziekte en overlijdt 1899 na een lang ziekbed. Baron. Ph. Prisse is inmiddels zelf secretaris van de kerkraad. Van hem is ook het aangrijpende verslag over de periode tussen het overlijden van ds. Eggenstein en het aantreden van zijn opvolger, ds. W.A. Griethuysen. Een scan kunt u hier raadplegen

1901: Officiële omvorming van Zendingspost Antwerpen tot zelfstandige gemeente van de ‘Belgische Christelijke Zendingskerk’. Deze kerk onderscheidde zich van de officieel door de staat erkende ‘Protestantse Kerk van België’ doordat zij principieel overheidssteun afwees. Ds. W.A. van Griethuysen (geboren 1848, afkomstig uit een adellijke familie, zeer ervaren predikant, met als laatste standplaats Alkmaar, waar hij op 25 januari 1900 is uitgeschreven wegens vertrek naar de 'vrije gemeente van Antwerpen'. Het jaar ervoor was hij voor de tweede keer weduwnaar geworden). Dhr. Jules WAUTIER verwelkomt de nieuwe herder en leraar met een hartelijke toespraak en als het zendingsstation omgevormd wordt tot zelfstandige gemeente,wordt ds. Van Griethuijsen beroepen als predikant en op 23/2/1902 officieel bevestigd. De eerste officiële kerkeraadsvergadering vindt plaats op 24/2/1902. In de kerkeraad zetelen naast de predikant: Philippe PRISSE, Jules WAUTIER, Jacobus C. ROSSEELS en E. KNUDSEN. Naast baron Ph. Prisse, zoon van Edouard is ook de kunstschilder/directeur van de Dendermondse Schildersschool: J. Rosseels een opmerkelijke verschijning in deze lijst. Ds. Van Griethuysen werkt in Antwerpen tot zijn plotse overlijden op 20/11/1913. Onderwijl worden vanuit de moedergemeente zowel in Hoboken als Berchem evangelisatieposten begonnen. Hiervoor wordt een beroep gedaan op bijbelcolporteurs. Namen als Aloy en Henning dienen hier vermeld te worden. [klik hier voor een uitgebreide levensloop van Van Griethuysen en hier voor een verslag van zijn werkzaamheden]

1914 De ‘Groote Oorlog’ drijft velen op de vlucht en veronzekert het bestaan zodanig, dat de gemeente te Antwerpen, die het toch al zonder ‘herder’ moest stellen, de verdwijning nabij is. Ds. Stap van Brussel is consulent. Met evangelist Henning weet hij de gemeenschap toch in stand te houden. Sinds 1915 is er een overeenkomst voor de duur van de oorlog met enige Franstalige broeders om 2x per maand een franstalige godsdienstoefening in de kerk te houden (Dit zijn protestanten die het oneens zijn met de Duitsgezinde koers van de Christuskirche, en tevens is dit het begin van de Franstalige protestantse kerk van Antwerpen: Voor meer info zie artikel over de Christuskirche.

1917 Ds. J.C.B. Eyckman (Oostende) wordt beroepen. Hij verzamelt de verloren schapen na de oorlog, werkt actief mee aan de oprichting van de protestantse schoutgroep ‘Marnix’ en ziet de kerk weer groeien. Op 1/3/1935 gaat ds. Eyckman met pensioen.

1936 Ds. J. Homan (predikant te Brussel) wordt predikant, nadat hij eerst als consulent actief is geweest. Hij diende enkele jaren gelijktijdig te Brussel en te Antwerpen (geldgebrek bij de B.C.Z.K.). Hij loodst met vaste hand de gemeente doorheen de Tweede Wereldoorlog. Hij werkt tot 28/2/1948, waarna hij zich naar Nederland laat beroepen. Ds. P.Cornet wordt consulent. Pogingen om de kerk te restaureren lopen vast op geldgebrek.

1950: Intrede van ds. A.G. Barkey Wolf komend vanuit Nederland, waar hij wegens een echtscheiding als predikant van de Gereformeerde Kerken vroegtijdig met emeritaat had moeten gaan. Door zijn beeldrijke prediking en brede culturele belangstelling trekt hij volle kerken. Hij werkt in Antwerpen tot zijn emeritaat in 1958. Ter gelegenheid van het eeuwfeest (1956) van de gemeente vinden diverse activiteiten plaats en slaagt men er in met hulp van vele milde gevers de kerk geheel te restaureren. Van de feestelijkheden bevindt zich een filmopname in het archief van de kerk (inmiddels ook gedigitaliseerd). Voor een biografie van Barkey Wolf klik hier.

1958: ds. J.H. Dorgelo, op dat ogenblik actief te Gent, aanvaardt het beroep naar Antwerpen. Er ontstaan goede contacten met de naburige Gereformeerde Kerk (Sanderusstraat 77). Het gezamenlijk jeugdwerk bloeit. Samensprekingen over een eventuele samensmelting worden gestart, maar vinden uiteindelijk geen doorgang. In 1965 neemt hij afscheid van de gemeente en keert terug naar Nederland. Ds. Barkey Wolf neemt vanuit zijn woonplaats Zeist het consulentschap op zich. Zijn pied à terre bevindt zich aan de Jan van Rijswijcklaan.

1966 De evangelisatiepredikant van Brussel, ds. mr. B.C. Carp wordt beroepen. Mede door zijn missionaire bezieling wordt een wijkgemeente gesticht op de Antwerpse Linkeroever (1980, gevolgd door de aanstelling van een evangelist, J. Snaterse (1981) en ingebruikname van eigen kerkelijk centrum op de Linkeroever). Jarenlang is ds. Carp ook consulent van de franstalige gemeente die haar diensten in hetzelfde kerkgebouw houdt. Hij begeleidt het proces van fusie tussen de drie Belgische Protestantse Kerken tot de Verenigde Protestantse Kerk in België (V.P.K.B.). Overheidserkenning wordt aangevraagd en verkregen. Op 16/9/1984 aanvaardt hij een beroep naar Nederland. Ds. A.R. Beukenhorst wordt consulent.

1986: D. Wursten, kandidaat-predikant in de Nederlandse Hervormde Kerk wordt beroepen en bevestigd als predikant (26/1). In datzelfde jaar wordt het kerkgebouw van buiten nog eens geheel opgefrist en wordt er een nieuwe torenspits geplaatst ter vervanging van de ‘voorlopige’ afdekking die geplaatst was na het afbreken van de oorspronkelijke toren in 1967. In 2004 wordt het gebouw als moument erkend en in 2005 wordt er een echt kerkorgel ingehuldigd.

2006 Ds. Wursten aanvaardt een beroep naar Genk en legt op 1/04/2006 de pastorale verantwoordelijkheid voor de Christusgemeente neer. Onder leiding van ds. G. Schouten (consulent) vond zij in vic. Johan Visser (sinds 2007: dominee) een nieuwe voorganger (Voor info over de huidige stand van zaken in de Vlaamse gemeente, klik hier)

 

   
  Up
Jubileumboek 1993
Lotgevallen (gemeente)
Lotgevallen (gebouw)
Monumenten & Landschappen