Index of /maus

Wordingsgeschiedenis van de Nieuwe Psalmberijming

 

voorwoorden uit de genoemde bundels

Psalmen Nieuwe berijming van de Interkerkelijke stichting voor de psalmberijmingDe 'definitieve' nieuwe Psalmberijming verscheen in 1967 (1968 gedrukt), dat is ruim 24 jaar nadat de 'Algemeene Synodale Commissie' (het toenmalig Breed Moderamen) van de Ned. Herv. Kerk tot het instellen van een commissie tot onderzoek van de wenselijkheid en mogelijkheid van een nieuwe psalmberijming (1943). Deze Commissie voor de Psalmberijming (onder voorzitterschap van prof. dr. K. H. Miskotte en met dr. H. Schroten als secretaris) werd al snel met vertegenwoordigers van andere protestantse kerken uitgebreid. Dit leidde tot een conglomeraat van medewerkers: oudtestamentici, hebraïci, neerlandici, musicologen en dichters. Martinus Nijhoff (overleden in 1953) was in 1951 als eerste aangezocht. Hij gaf een krachtige impuls voor de totstandkoming van een nieuw rijmpsalter en betrok een vijftal jongere dichters bij de arbeid van de commissie. Een driedaagse samenkomst in Nijmegen in juni 1952 sloot de eerste fase af. Nu volgden de frequent gehouden dichtersconferenties op 'de Pietersberg' in Oosterbeek.

Een Interkerkelijke Werkcommissie werd in 1958 als onderdeel aan de inmiddels Interkerkelijke Stichting voor de Psalmberijming geheten groep toegevoegd. In december 1958 werden de eerste berijmingen gepubliceerd en aangeboden in het boekje 110 Psalmen. Proeve van een nieuwe berijming. Het was een eenvoudige, grauwgekafte editie zonder muzieknotatie. In mei 1961 verscheen het 'groene boekje' met voorop de man, gezeten met luit (de volksmond sprak al snel van het 'apenboekje'): 150 Psalmen. Proeve van een nieuwe berijming. Alle psalmen dus, met nieuwe muzieknotatie. De nieuwe psalmberijming (door de Generale Synode van zowel de Ned. Herv. Kerk als de Geref. Kerken in Nederland) werd aanvaard - na uitvoerige bespreking - met bijna algemene stemmen op 21 juni 1967.

In deze revisie-1967 had een grondige herziening van de 'Proeve' van 1961 plaatsgevonden. Tijdens 31 vergaderingen, tussen november 1961 en februari 1967, was de ingekomen kritiek psalm voor psalm besproken. Ruim vijftig psalmen bleven onveranderd, elf waren geheel opnieuw berijmd geworden en in veel andere kleine of grote retouches.

De bundel met de definitieve nieuwe berijming van de Psalmen raakte bekend in de in lichtblauwe kaft gestoken dikkere en dunnere uitvoering 'met het harpje erop'. Het vier bladzijden tellend 'woord vooraf' bij deze berijming is ondertekend door de voorzitter en secretaris van zowel genoemde Stichting (dr. P. G. Kunst en ds. F. H. Landsman) als genoemde Werkcommissie (prof. dr. G. Kuiper en dr. H. Schroten) voor de psalmberijming. Het is gedateerd op 6 december 1967.

In maart 1968 deed het Breed Moderamen van de Hervormde Synode een tussenvorm het licht zien: de bundeling van nieuwberijmde psalmen (1967) en hervormde gezangen (1938). De nieuwe berijming is tenslotte geheel opgenomen in het 'Liedboek voor de kerken. Psalmen en Gezangen voor de Eredienst in kerk en huis', dat in 1973 verscheen, aan de kerken aangeboden door de Interkerkelijke Stichting voor het Kerklied (nog met Kunst als voorzitter en Landsman als secretaris).