Gezang 251
Een Pinksterlied met een omstreden (slot van het ) derde couplet. Lelijk zeggen velen. Een lieddichter van het kaliber van J.W. Schulte Nordholt zal wel weten wat hij deed toen hij zijn lied zo eindigde. Zeker. Beide standpunten sluiten elkaar ook niet. De melodie van Frits Mehrtens is in elk geval mooi en - 't is niet anders - laat het lied echt landen op die slotzin.

1 De wereld is gewonnen
door woord en geest.
Zoals het is
begonnen
met Pinksterfeest,
zoals in alle talen
het is verstaan,
zo
zal het zich herhalen
van nu voortaan.
2 Uit alle
kerken komen
wij om U saam.
Gij schrijft door onze dromen
uw grote
naam,
o God die uit de wolken
daalt in de tijd,
een licht voor alle
volken
in eeuwigheid.
3 Eens zullen wij U prijzen
met reine
mond
in het volmaakte rijzen
dier morgenstond,
wanneer Gij zult genezen
ons ongeduld
en altijd alles wezen
in allen zult.